‘Scholen weten zich slecht raad met onduidelijke burgerschapsles’
Sinds 2006 moeten scholen in het basis- en voortgezet onderwijs aandacht besteden aan burgerschap, maar daar komt nog weinig van terecht. Foto NRC / Merlin Daleman, door Jules Seegers
Onduidelijk, ingewikkeld en een gebrek een kennis en ondersteuning om de opdracht überhaupt te kunnen uitvoeren. Zo luidt de klacht van veel scholen die worstelen met de verplichting aandacht te geven aan burgerschap, schrijft Trouw vanochtend op basis van een rapport van de Onderwijsraad dat vandaag wordt gepubliceerd.
Sinds 2006 moeten scholen in het basis- en voortgezet onderwijs aandacht besteden aan burgerschap. Toen de onderwijsinspectie merkte dat hier weinig van terecht kwam, vroeg minister van Onderwijs Marja van Bijsterveldt (CDA) de Onderwijsraad om advies.Raad: nota bene de kern ontbreekt
De regels rond burgerschapsonderwijs zijn volgens de raad sterk gekleurd door vrees dat islamitische scholen de integratie in de weg staan. Het woord democratie zou niet eens in de regels te vinden zijn, terwijl dat volgens de raad juist de kern moet zijn.De minister zou moeten zorgen dat scholen steun krijgen bij het ontwikkelen van lesstof waarin deze kern wordt verwerkt. Ook moet ze de boodschap uitdragen dat burgerschap net zo belangrijk is als taal en rekenen en dat er structureel aandacht aan moet worden gegeven. Nu beperkt de aandacht die hieraan wordt gegeven zich vaak tot hapsnapactiviteiten.
Als goed voorbeeld noemt de krant de openbare basisschool Overvecht in Utrecht. Deze school afficheerde zich als eerste in Nederland als Vreedzame School. Alle groepen krijgen iedere week één les over ‘positief met elkaar omgaan’. Ze leren bijvoorbeeld hoe om te gaan met meningsverschillen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten